"Veel vragen stellen is mijn vak" - Ferry Steevens, Kwaliteitsmanager

‘Als relatieve nieuwkomer in de bouw moest ik wel even wennen aan de cultuur om vroeg te beginnen. Ik heb mij razendsnel aangepast. ’s Ochtends vroeg aanschuiven bij de koffie in de bouwkeet levert waardevolle informatie op voor audits. Dan hoor je de echte verhalen. Tegenwoordig sta ik regelmatig om 05.30 uur op.’

Ferry Steevens (35) heeft helemaal geen bouwachtergrond. Eigenlijk droomde hij van een carrière als profvoetballer en begon aan een opleiding CIOS om van sporten zijn vak te maken. Na een aantal omwegen vindt hij nu zijn passie bij Mobilis in slimme processen en kwaliteit. ‘Ja, het zijn wat zijstappen.’

Hoe ben je bij Mobilis terechtgekomen?

‘Via een goede vriend die al in de bouw werkt. Het is een lang verhaal. Ik ben fitnesstrainer geweest, heb me beziggehouden met de detailhandel, opleidingen en  hotellinnen. De rode draad na mijn studie bedrijfskunde was om processen steeds slim aan elkaar te knopen, logisch te verbinden en te optimaliseren. Na een fusie had ik ontslag genomen en zou eigenlijk een sabbatical nemen, maar de vacature bij Mobilis klonk te leuk. Had ik binnen een week toch een nieuwe baan.’

Geen spijkers, maar wat doet een kwaliteitsmanager dan?

‘Als kwaliteitsmanager heb je veel te maken met audits, met interviewen. Lastige vragen stellen hoort bij mijn vak. Veel medewerkers krijgen de kriebels bij ISO, Prosizer en kwaliteitsmanagementsystemen. De meeste collega’s denken bij een  audit aan een soort inspectie en zien daar tegenop. Tegen dat beeld kom ik in verzet. Dat is absoluut niet de bedoeling of de intentie. Het streven is om samen slimme manieren te ontwikkelen die breed toepasbaar zijn. Het hele proces efficiënter maken. Het idee is om samen te kijken naar kwaliteit, naar de werkflow, naar vervolgstappen. Ik zoek altijd de verbinding. Ja, dat hoort iedereen binnen Mobilis te doen, maar voor kwaliteit geldt dat extra. Wie goede ideeën heeft om nog verder te optimaliseren, kan altijd bij mij terecht. Een systeem is niet rigide of in beton gegoten. Dat pas je aan bij de mensen die ermee werken. Niet andersom.’

Mobilis heeft toch al veel certificaten?

‘Bouwen draait steeds meer om slimme processen, ISO en kwaliteitsnormen. Mobilis heeft inmiddels zeven grote certificaten binnen en is ‘still counting’. Natuurlijk de ISO 9001, 14001, 45001, VCA-P**, CO2 prestatieladder en Veiligheidsladder. De meest recente aanwinst is de ISO 27001 de internationale standaard voor informatiebeveiliging.’

De  ISO 27001 is de nieuwste aanwinst. Trots?

‘Jazeker. Samen met Rutger van den Noort hebben we in korte tijd een grote prestatie neergezet. Cybersecurity is actueler dan ooit. Je moet er niet aan denken dat Mobilis wordt gehackt. Dat wil je te allen tijde voorkomen. Er komt best veel bij kijken om systemen veilig te maken. Zeker zolang relatief veel wordt thuisgewerkt. Het werken in de ‘cloud’ en in ‘onedrive’ is dan echt het beste.'

Wat doet Mobilis met al die certificaten?

‘Naast dat deze certificaten nodig zijn in de verwerving is het meer dan alleen een papiertje aan de muur. Het draait om de slimme systemen die daar bij horen. Met logische processen – zoals beschreven in de Prosizer – heb je in de basis een optimale werkflow te pakken. De generieke systemen gelden voor elke tunnel, weg of viaduct, maar die moet je wel altijd specifiek maken. Die laatste 10 procent kan je zelf aanpassen en optimaliseren. Past iets niet, dan gooi je een stap eruit. Kan het beter, dan voeg je een stap toe. Systemen garanderen een basiskwaliteit, maar het team maakt er per project maatwerk van.'

Wat zie je als volgende uitdaging op het gebied van kwaliteit bij Mobilis?

‘Onvermijdelijk komt de nadruk komende jaren te liggen op duurzaamheid. De hele bouw heeft veel last van PFAS en stikstof. De problemen sneeuwen door Corona een beetje onder, maar de problematiek leidt ertoe dat we versneld aan de slag moeten met de emissieloze bouwplaats. Die kant zal het echt opgaan. Een lastig proces, want dat vergt enorme investeringen en hoe verdien je die terug? Een geweldig vraagstuk om je in vast te bijten.’

Wat was de aantrekkingskracht? 

‘Het Rotterdamse, de drive om door te gaan. Het stoere van niet lullen, maar poetsen. Altijd de uitdaging zoeken en de lat hoger leggen. Dat zit ook in mij. De bouw is best traditioneel, zeker vergeleken met andere sectoren. Bouwprojecten vergen een lange doorlooptijd, menskracht, risico’s en kapitaal: Dan wil je ook zo min mogelijk onzekerheden. Tegelijk zit de kracht in het maken, in het doen. En voor mij in het optimaliseren en de zoektocht naar meer en betere kwaliteit. Die zoektocht is nog lang niet klaar en daar haal ik energie uit.’

Hoe bevalt het bij Mobilis?

‘Ik heb 0.0 procent spijt van de overstap. We wonen vlakbij Zaltbommel. Dat is een uur rijden naar een van de kantoren en prima te verdelen. Ik heb het geluk dat ik zowel op kantoor kom, als op de bouwplaats. Op de Roggebot, Kempenbaan en Maastunnel bijvoorbeeld. Op de bouwplaats gebeurt natuurlijk het echte werk. Ik schuif graag aan bij de koffie, ’s ochtends vroeg in de keet. Dan hoor je wat echt speelt, wat iedereen bezighoudt. Persoonlijk vond ik het project Kempenbaan het allerleukste wat ik tot nu toe heb gedaan. Ik heb er zelf geen spijker in de muur geslagen, maar het is een geweldig project. Om de mensen én om wat het team samen heeft bereikt.’