A27 Houten-Hooipolder

Eigenaar/directeur Jordi Leijnse van energieadvies- en softwarebureau NRG en projectmanager Bas Westgeest van Mobilis  werken zij aan zij aan het project A27 Houten-Hooipolder, de vernieuwing  en verbreding van de snelweg op het traject Houten-Everdingen.  Een energiescan helpt hen optimaal gebruik te maken van  de elektriciteit en duurzaam te werken.

Dit interview is overgenomen uit het TBI-jaarverslag 2024.

Wat scant een energiescan precies?

Jordi Leijnse: ‘NRG richt zich met de energiescan op het effectief en efficiënt inrichten van de energiehuishouding en het benutten van bestaande stroomaansluitingen. Rijkswaterstaat vroeg ons om een scan te maken van dit tracé van de A27. We waren toen al softwareleverancier van MDB, de materieeldienst van TBI. MDB is toeleverancier voor de bouwcombinatie De Groene Waarden. Bij het project moet 10 procent zero-emissiemateriaal worden ingezet, dus elektrische voertuigen en materieel. Een energiescan brengt de stroombehoefte in kaart en matcht deze aan de meest effectieve stroombron. Meestal zijn dat al bestaande stroomaansluitingen. Dat is in tijden van netcongestie van groot belang. Op sommige aansluitingen moet je jaren wachten, áls je die al krijgt.’

Bas Westgeest: ’De vraag was: welk zero-emissiematerieel zetten we in, wat is er voor nodig en wat is er al aan elektriciteit in de buurt? Het traject is 7 kilometer en het project loopt tot 2031, dus het gaat om veel materieel en een grote energiebehoefte. De energiekaart is donkerrood in het projectgebied, een uitdaging dus. Maar we hebben grote ambities die we willen waarmaken. Dankzij de energiescan weten we wat mogelijk is. We vroegen meteen de kleinere vaste aansluitingen aan. De grote aansluitingen werden al niet meer toegekend.’

Wat leverde dat tot nu toe op?

Westgeest: ‘We konden tijdig bepalen welk materieel we het beste kunnen inzetten, met de beschikbare aansluitingen. We  bekijken wat we op de bouwplaats zouden kunnen opladen. Volgens het contract moet  10 procent van het materieel zero emissie zijn, maar meer heeft uiteraard de voorkeur.’

Leijnse: ‘Dat lijkt weinig, maar bij zo’n gigantisch project gaat het over een verschil van een paar miljoen kilowattuur. We proberen alles goed te plannen. Bijvoorbeeld door op te laden als de zon schijnt. Dat is maximaal duurzaam en ook financieel gezien interessanter.’

Alles valt of staat met het verzamelen van informatie?

Leijnse: ‘Zeker. Vroeger tankte je diesel, nu willen we weten wat een bepaald materieelstuk verbruikt. En past hij bij de aansluiting die vlak bij de keet ligt? Met een dashboard monitoren we alles.’

Westgeest: Op een deel van het project ligt aan de ene kant een waterzuiveringsinstallatie en aan de andere kant een zoutsteunpunt van Rijkswaterstaat met veel zonnepanelen. Die kansen moet je pakken; hun elektriciteitsaansluitingen en opgewekte stroom willen we graag direct gebruiken.’