Natuur Naardermeer lift mee met spoorproject: ecoducten groot succes
Boommarters, dassen, watervleermuizen, otters, kikkers en zelfs ringslangen weten de ecoducten onder het spoor in natuurgebied Naardermeer te vinden. Twee jaar na oplevering van de onderdoorgangen is hard bewijs geleverd via camera’s en analyse. De atypische samenwerking tussen ProRail, Mobilis, Natuurmonumenten en de provincie bleek een gouden greep: ‘Natuur kan succesvol meeliften bij een spoorproject. Dit kan veel vaker.’
Otterspoor bij Naardermeer
Eigenlijk wist ik drie dagen na oplevering van de ecoducten al dat het werkte. Toen vond ik de eerste reeënsporen onder het spoor’, wijst boswachter Luc Hoogenstein van Natuurmonumenten naar diverse camera’s die het wild in de gaten houden. De zogenoemde cameravallen leveren hard bewijs dat dieren van de ene kant naar de andere kant hoppen en zo profiteren van een veel groter leefgebied. Inmiddels zijn honderden reeën, dassen, vossen en kikkers vastgelegd. De camera floept aan zodra er een dier passeert. ‘In werkelijkheid liggen de aantallen veel hoger, want niet elke passage wordt geregistreerd’, weet de boswachter uit ervaring.
Gouden kans
Met eigen ogen gaan we kijken in het bijzondere natuurgebied onder de rook van Amsterdam dat van zonsopgang tot zonsondergang vrij toegankelijk is voor wandelaars en fietsers. Verzamelpunt is gasterij Stadszigt dat ook tijdens het spoorproject het vertrekpunt was: alle bouwvakkers, hun warme en koude maaltijden en kleine bouwmaterialen werden met bootjes vervoerd. Het is een unieke samenwerking waarbij de bouwer, de spoorbeheerder, de provincie en de natuurorganisatie samen optrokken en elkaar uitdaagden. Van de werkzaamheden in augustus 2019 is niets meer te zien, behalve het resultaat.
‘Het was een gouden kans om het natuurgebied te verbinden en die mogelijkheid hebben we benut. Op deze manier konden de ecoducten betaalbaar meeliften bij de geplande werkzaamheden. Maar dat ging niet zomaar. Deze partijen weten elkaar niet als vanzelfsprekend te vinden. Ik ben nog steeds trots dat het is gelukt. En het geeft extra voldoening om te weten dat het zo goed werkt’, vertelt Luuk van Hengstum van ProRail als we op een druilerige donderdagochtend de verschillende onderdoorgangen in het gebied verkennen.
Vlnr. Luuk van Hengstum - ProRail, Bart van den Heijkant - Mobilis en Luc Hoogenstein - Natuurmonumenten
Watervleermuizen, dassen en marters
Natuurmonumenten weet veel van natuur, maar weinig van bouwen. Voor Mobilis, ProRail en de provincie Noord Holland geldt het omgekeerde. Toch wisten de vier partijen elkaar te vinden om geschikte locaties te bedenken voor ecoducten. ‘We begonnen met 27 potentiële plekken voor onderdoorgangen vanuit de natuur bekeken. Daar kwam de strenge ‘bouw- en spoorblik’ overheen: Paste zo’n constructie op die plek onder het spoor? Hoe groot kon de onderdoorgang worden? Kwamen de dieren, die gebruik moeten maken van de passages, überhaupt voor op de verschillende locaties? En was dat financieel haalbaar? Na veel wikken en wegen bleven er 9 locaties over’, haalt spoorprojectmanager Luuk herinneringen op. In totaal zijn 9 passages aangelegd, waarvan Mobilis 2 nieuwe duikers met faunapassages heeft aangelegd en 2 bestaande duikers voorzien van faunapassages.
Het zijn heel verschillende onderdoorgangen geworden. De een staat onder water – ‘ook geschikt voor vissen en watervleermuizen en zelfs vogels als waterral en waterhoen’ -, de ander is gecombineerd met een voetpad en geschikt voor reeën, vossen en dassen. En weer twee andere ecoducten zijn holle spoorbielzen waar alleen kleine dieren doorheen passen. Ze worden allemaal gebruikt, is inmiddels aangetoond. Boswachter Luc is nog elke dag blij met het resultaat en vindt dat bij elk bouwproject moet worden gekeken naar slimme combinaties om de natuur ruim baan te geven. ‘Vroeger dacht ik; ‘bouw toch even zo’n tunneltje voor de dieren’. Maar zo simpel is het natuurlijk niet.’
Krappe planning
Van een passerende trein blijken ze niet onder de indruk. Het gras aan de overkant blijkt groener te lokken. ‘Er zijn hier veel boommarters en dassen. Die verwacht je eigenlijk meer in het bos.’ Elke twee jaar evalueert Natuurmonumenten de natuur in het gebied. Daarnaast is de provincie een onderzoek gestart op basis van het DNA van de heikikker om aan te tonen dat de beschermde diersoort zijn soortgenoten aan de ander kant van het spoor weet te vinden.
Slechts 9 dagen had Mobilis samen met combinatiepartner Hegeman de tijd om de faunapassages te bouwen, binnen de gehele buitendienststelling van 23 dagen om het hele spoortracé aan te pakken. ‘De planning was krap. We wisten dat collega Dura Vermeer op ons moest wachten om weer verder te kunnen met het spoorwerk. We gingen 24 uur per dag door en hadden alles tot in de puntjes voorbereid, maar het bleef spannend’, weet Bart van den Heijkant, destijds projectmanager bij Mobilis, zich nog goed te herinneren.
Drijvende bouwkeet
De bouwlocaties waren alleen over het water en spoor bereikbaar. De speciale grote bouwkraan op rails werd ingezet – ‘de Obelix’ – en was precies op tijd op locatie om te hijsen. Op z’n iPad staan nog de filmpjes van een nachtelijke boottocht onderweg naar een van de bouwlocaties op een eiland in het Naardermeer. ‘Echt pikkedonker met steeds het risico op zandbanken. Het was een avontuur.’ Een avontuur waar hij met veel plezier op terugkijkt. Mobilis bouwt vaker ecopassages, zoals ecoduct Weerterbergen, de natuurpassage bij Dwingelderveld, faunapassage Kootwijkerzand en nog negen ecoducten over de A1 op de Veluwe en de Utrechtse en Sallandse Heuvelrug. ‘Met je eigen bootje naar de drijvende bouwkeet. Dat was wel een hoogtepunt’.
Bijna hadden de zeldzame purperreigers roet in het eten gegooid bij dit project. In het oudste natuurgebied van Nederland gelden strenge regels. De buitendienststelling van het spoor tussen Naarden en Weesp stond al twee jaar gepland voor 3 augustus. Zo’n deadline op het drukke spoortraject is niet te verschuiven. Maar voor de spoorrenovatie waren harde eisen gesteld aan broedseizoen en bouwterrein. Als er nog vogels zouden broeden, moest het hele project afgeblazen. En precies dat voorjaar streken maar liefst vijf paren met purperreigers neer om een nestje te bouwen naast het spoor. Half juli vloog het kroost uit, net op tijd voor het spoorproject met de 9 faunapassages. ‘Het heeft zo moeten zijn.’