Boudewijn de Witte, trainee
Boudewijn de Witte volgt een traineeship bij Mobilis, waarbij hij drie maal acht maanden in verschillende functies werkt. De eerste acht maanden was hij modelleur op de ontwerpafdeling. In zijn tweede periode, die net is begonnen, werkt hij als junior werkvoorbereider op project Kempenbaan West, de verbreding van deze weg in Veldhoven, de aansluiting ervan op de A67 en een viaduct over de snelweg.
‘Na mijn studie Civiele Techniek aan de HAN startte ik bij een engineersbureau. Daar vond ik de afstand tot de uitvoering erg groot. Als afstudeerproject had ik bij Mobilis onderzoek gedaan naar het 3D wapeningsontwerp, dat was me goed bevallen waardoor ik weer bij hen aanklopte. Zij wezen me op de mogelijkheid van een traineeship, omdat ik daarin zou kunnen onderzoeken wat het best bij mij zou passen. Dat was een heel goed advies.’
Je begon op de ontwerpafdeling.
‘Ja, dat lijkt onlogisch omdat ik juist dichter bij de uitvoering betrokken wilde zijn, maar Mobilis attendeerde me erop dat de uitvoering bij hen al in de ontwerpfase bij een project betrokken wordt. Dat bleek ook zo te zijn. Ik kwam te werken op project Kempenbaan West. Dat is een interessante opdracht omdat die, naast de weg en het viaduct, uit veel verschillende onderdelen bestaat zoals een eco-duiker voor kleine zoogdieren, een fietsbrug en een geluidsscherm.’
Wat deed je daar?
‘Ik modelleerde betonvormen in 3D, maakte daarin 2D snedes, waarvan ik vervolgens maatvoerings- en wapeningstekeningen maakte voor de uitvoering. Ik heb ook een halve dag met de uitvoering meegelopen om te zien hoe zij wapening aanbrengen. Veiligheid vinden we heel belangrijk en zij konden tips geven hoe ik, als modelleur, in mijn ontwerp kan bijdragen aan hun veiligheid. Normaal bijvoorbeeld steekt wapening zo uit de vloer, maar je kunt ook kiezen voor de toepassing van stekkenbakken waarin je de einden opsluit totdat de betonvlechter erbij moet.’
En sinds kort ben je junior werkvoorbereider.
‘Klopt, maar ik bleef op hetzelfde project, dat is fijn want daardoor ben ik al ingewerkt. In mijn nieuwe rol heb ik dagelijks overleg met een collega of het projectteam. Verder maak ik planningen, werk een technisch detail uit en bel met leveranciers. Neem de geluidsschermen, dat zijn schanskorven die met Grauwacke, zandsteen met veel mineralen, worden gevuld. Wij maken de fundering: de betonnen poer en stalen binten waar een leverancier de korven tussen moet plaatsen en vullen. Dan moeten wij weten hoe en wanneer hij de korven plaatst. En ook hoeveel ruimte hij moet hebben om erbij te kunnen.’
Wat bevalt je aan het werken in de Infra?
‘De techniek maakt het leuk. Dit is een heel innovatieve branche. Je denkt mee over de werkmethoden en efficiëntie. Civiele projecten worden groter en moeten in steeds kortere tijd worden gerealiseerd. Dan is het mooi om te zien wat voor ideeën er allemaal op tafel komen om dat mogelijk te maken.’
Wat vind je van het bedrijf Mobilis?
‘Tot twee jaar geleden kende ik Mobilis niet. Maar nu kan ik me erover verbazen hoe goed zij ontwerp en uitvoering met elkaar verbinden. Men neemt vooraf de tijd om een ontwerp te maken dat van alle kanten klopt. Volgens mij zijn ze daarin uniek, ik heb tijdens mijn stages wel anders meegemaakt.’
Hoe is de sfeer tussen de collega’s?
‘Iedereen wil iets moois maken en kwaliteit, niet per se geld, staat voorop. Dat is echt de insteek. Verder is iedereen toegankelijk, bereid je te helpen en zijn de lijnen kort. Ik was twee weken in dienst en mocht mee op wintersport in Oostenrijk. Dat was heel erg leuk. Ook is er Jong TBI Infra dat veel evenementen organiseert. Vorige maand nog waren we in Tiel: tuktuk rijden en een wipe-outbaan bestorme
Merk je dat Mobilis onderdeel is van TBI?
‘Ja. Aan veel projecten nemen ook andere TBI-bedrijven deel, zoals Croonwolter&dros. Je merkt dat de belangen dan op één lijn liggen en dat mensen elkaar kennen. Dat draagt bij aan een ontspannen sfeer.’
Hoe zie jij je toekomst?
‘In de werkvoorbereiding zit ik voorlopig op mijn plek, maar mocht blijken dat ik nog meer naar de uitvoering wil opschuiven, dan zou ik mijn volgende acht maanden wellicht als assistent uitvoerder aan de slag kunnen.’